Abbadia San Salvatore is een Middeleeuws Italiaans stadje in Toscane, en behoort tot de provincie Siena. Het is gelegen op de hellingen van de Monte Amiata. De naam is ontleend aan de benedictijnenabdij die er in 743 werd gesticht en in 1036 herbouwd. Er zijn vele typisch oude gebouwen. Ook de oude dorpskern, waarvan de huizen gebouwd zijn van trachiet, een donker vulkanisch gesteente, is de moeite waard. De Romaanse kerk uit de 11e eeuw is niet erg goed gerestaureerd, maar de crypte uit de 8e eeuw mag je niet missen. Verder is er een kwikzilvermijn en mijnmuseum. Het museum is gelegen in de mijnstreek en het herschept, door reproducties, documenten en verschillende items, de geschiedenis van het kwik, de mijnwerkers en daarmee de geschiedenis van de gemeenschap die mee de identiteit van de Montia Amiata bepaald heeft.
Wekelijkse markt de tweede en vierde donderdag van de maand
Museum of the Abbey of San Salvatore
Via del Monastero 42.
Een collectie sacrale kunst, waaronder een kopie van de Amiata Bijbel herdrukt in zijn oorspronkelijke vorm.
Het Abbadia San Salvatore Mijnmuseum
Het mijnmuseum, gehuisvest in de oude klokkentoren , herbergt een rijke collectie mineralen, apparatuur, gereedschap en foto's die het verhaal vande ontginning van kwik en van de gemeenschappen waarvan verhalen nauw verbonden zijn met de geschiedenis van deze mijnen; van de Neolithische bevolking, de Etrusken en de Romeinen, naar de moderne tijd.
Parco Museo Minerario di Abbadia San Salvatore | Piazzale Rossaro (mijngebied)
Open elke dag: 9.30-12.30 en 15.30-18.30 van 15 juni - 2 november en op feestdagen.
Chiesa della Madonna del Castagno
Monte Amiata Fotogallerij
Abbazia di San Salvatore
Abbazia di San Salvatore
Abbazia San Salvatore di Monte Amiata, La cripta longobarda
Il Palazzo del Podestà, oggi palazzo del comune
Una galleria del Museo minerario
Pozzo Garibaldi
Monte Amiata
Op enkele kilometers van de Abbadia San Salvatore ligt Bagno San Filippo. Hier bevinden zich de warmwaterbronnen, die thermale baden zoals Bagni San Filippo voeden.
Voor natuurliefhebbers is de Fosso Bianco de perfecte plek voor een bad in de vrije natuur. Als je iets voor het dorp rechtsaf een weg volgt naar beneden, kom je bij de rotsformatie die de plaatselijke inwoners de Balena Bianca noemen. De naam is afgeleid van de vorm, die lijkt op een gigantische walvis met open mond. Het is een witte rots die gecreëerd werd door de voortdurende afzetting van kalk die in het thermale water zit dat spontaan uit de grond opborrelt.
Abbadia San Salvatore | Bagni S.Filippo, Balena Bianca
Het zuiden van Toscane heeft naast de Bagni San Filippo nog enkele mooie warmwaterbronnen die vrij toegankelijk zijn. De mooiste zijn wellicht die van Saturnia, de Cascate di Gorello, maar het kan er erg druk zijn. De Bagni di Petriolo in Monticiano zijn minder mooi gelegen en het water is er te warm. Toch zijn zij in combinatie met een wandeling ook wel een bezoek waard.
La cascata della balena bianca, Terme Bagni San Filippo
Bagni San Filippo
River (torrente) Fosso Bianco in Bagni San Filippo
Films in Toscane | Le Meraviglie
De Italiaanse film Le Meraviglie (De wonderen) vertelt op een trage, boeiende manier het verhaal van een familie imkers. De film vertelt het verhaal van vier zussen die opgroeien in een familie van imkers op het platteland van Umbrië, op de grens met Toscane. Ze groeien op beschermd door de vader en op het tempo van de opeenvolging van de seizoenen van de honingbijen. Hun leven wordt verstoord wanneer Milly Catena en haar televisieploeg neerstrijkt op het platteland. Ze zijn voor hun realityshow op zoek naar een authentieke familie. Voor de oudste van de zussen, de rusteloze Gelsomina, gaat plots een heel nieuwe wonderlijke wereld open.
De film van Alice Rohrwachter won op het Filmfestival van Cannes 2014 de Grand Prix. Alice Rohrwachte die opgroeide in Fiesole bij Firenze, was de jongste vrouw ooit de de Gouden Palm won in Cannes. Acteurs in Le Meraviglie zijn Alba Rohrwacher, Sam Louwyck, Monica Bellucci, Sabine Timoteo, Maria Alexandra Lungu en Agnese Graziani. Maria Alexandra Lungu speelt de oudste dochter Gelsomina die van onschatbare waarde is voor het familiebedrijfje en het hele bijenkweekproces stuurt. De ouders worden vertolkt door Sam Louwyck, de Vlaamse danser, choreograaf, acteur en zanger, bekend uit Tom Barmans Any Way The Wind Blows, en Alba Rohrwacher.
Monica Bellucci speelt een bescheiden rol, maar is cruciaal in het verhaal.
Le Meraviglie is grotendeels opgenomen in het zuiden van Toscane, in de provincies Grosseto (Sorano, Sovana) en Siena (Bagno San Filippo). Ook Isola Bisentina in Lago Bolsena komt mooi in beeld.
Monica Bellucci in Le Merqaviglie
Le Meraviglie
Releasedatum: 22 mei 2014 (Italië)
Regisseur: Alice Rohrwacher
Muziek gecomponeerd door: Piero Crucitti
Scenario: Alice Rohrwacher
Cinematografie: Hélène Louvart
Le Meraviglie - Clip Milly Catena, met Monica Bellucci
Vivo d'Orcia
Het kasteel van Vivo d'Orcia heeft een lange en boeiende geschiedenis. In 1002 werd een kapel opgericht door de Camaldolese monniken dicht bij de bron van de Vivo (levend). Het was een belangrijke bron die ook de stad Siena van water voorzag.
Het klooster en het omringende land werden in 1534 verkocht aan de latere paus Marcello II, die Castello del Vivo aangepast met de hulp van de beroemde architect Antonio da Sangallo, bekend om de palazzi die hij bouwde in Siena en Rome en de San Biago kathedraal in Montepulciano.
Naast het kasteel is er een gewelfde stenen poort die leidt naar het gehucht waar destijds de boeren en hun families woonden. Het was een agrarische bedrijf dat volledig zelfvoorzienend was, er woonden ook timmerlieden, pottenbakkers, wevers, metaalslagers en glasblazers op het terrein. Verscholen in de bossen onder het nabijgelegen Casa del Contadino staat nog de romantische ruïne van wat eens de molen en de smidse waren.
De kleine Romaanse kerk van S. Marcello is een mooi voorbeeld van Romaanse bouwkunst. De familiekapel, ook in Romaanse stijl, staat in de buurt in het bos.
Het landgoed voldeed aan de naam 'Vivo' en was het enige industriële centrum in de hele regio, van vitaal belang voor het vermalen van olijven, smeden van ijzeren gereedschappen en produceren van een van de beste schrijfpapieren in Europa.
Er stonden 6 grote watermolens, diverse grote en uitgebreide marmeren tanks, voor het reinigen en voorbereiden van de papierpulp. Het water van de Vivo stond bekend om zijn zuiverheid en het papier dat er gemaakt werd gold als het beste van Italië. Een papier dat zo fijn was dat het op grote schaal door het Vaticaan werd verspreid.
Palazzo Cervini vlakbij Vivo d'Orcia
Vivo d'Orcia | Eremo del Vivo [Copyright All rights reserved by Bruno Brunelli]
Wandelen in Toscane | Wandelen in de buurt van Abbadia San Salvatore
Van Vivo d’Orcia all’Eremo naar de bron van de Vivo
Kenmerken: makkelijkee route, ideaal zelfs tijdens de zomermaanden, is het bijna volledig onder de bossen.
Vertrek en aankomst: Vivo d'Orcia
Lengte: ca. 5 km
Wegdek: voetpad en karrenspoor
Hoogteverschil: ca. 200 m
Duur: 2 uur
We beginnen de wandeling met een afdaling vanuit Vivo d'Orcia langs de Via dell'Eremo. De weg brengt ons naar het witte-sparrenwoud van Vivo d'Orcia, een van de laatst overgebleven in Toscane van deze soort. Aan het einde van de weg steken we de brug over, passeren onder een stenen boog die leidt naar de Borgo dell'Eremo, met de kleine piefen San Marcello. Iets verder staat het Palazzo Orsini.
We keren terug naar de stenen boog zonder de beek over te steken, en draaien links op een voetpad, dat met een aantal stenen trappen stijgt naar het bos van zilversparren.
Wandelingen Amiata Park biedt goed gemarkeerde wandelingen. Er is ook de mogelijkheid om een gedetailleerde kaart te bekijken en een pdf van de geselecteerde wandeling te downloaden
Anello Amiata (Amiata's Ring) (AA en pad 10 en 11 op de kaart)
De anello Amiata loopt rond de Monte Amiata op een hoogte van ongeveer 1200 meter en kan via verschillende wegen bereikt worden, zowel vanuit Vivo d'Orcia, Seggiano, Casteldelpiano, Arcidosso, Santa Fiora, Piancastagniaio als Abbadia San Salvatore. De wandeling is 27 km lang, en duurt ongeveer 7 uur.
Vertrekkend vanuit Abbadia San Salvatore, wandel je tegen de klok in van het Mijnmuseum naar de Chiesa di Santa Maria dell'Ermeta, de bron van de Acquapassante, de hut van Capo Vetra, Sasso dei Falchi, Madonna del Camicione,Pescina, de Capanna di Mecopapa, de bron van de Monache, de Podere Cipriana en dan opnieuw Abbadia San Salvatore.
Radicofani - Abbadia San Salvatore | Wandeling 14
Trekking in de Maremma | Kaarten
Kompass nr. 653, Pienza - Montalcino - Monte Amiata, 1 : 50.000 or Edizione Multigraphic/Provincia di Siena, Val d'Orcia, 1 : 25.000.
Meer informatie over wandelingen rond de Monte Amiata vind je op de portaalsite van Amiata Turismo.
Verder zijn er in Podere Santa Pia enkele informatieve brochures en boeken beschikbaar waarin enkele wandelinge uitgetekend worden: Amiata without haste... By foot (Itineraries), Amiata by bike(Itineraries) (see itinerary 9), Amiata senza fretta... a piedi (itinerairies 9.1 and 9.2).
www.parcoamiata.it bevat goede wandelingen en kaarten.
Kaart Trekking Abbadia San Salvatore, Monte Amiata Vetta, Punto Rifugio
Mappa Trekking Monte Amiata Vetta, Punto Rifugio
I sentieri della Monte Amiata | Walking in the Monte Amiata| Itineraries gpx
Different itineraries that develop along safe, easily identifiable paths that start and return to Abbadia San Salvatore and allow even the less experienced to enjoy the wonder of the chestnut and beech woods.
Abbazia San Salvatore di Monte Amiata, Bosco in loc. Primo Rifugi
Monte Amiata
Bosco in loc. Primo Rifugio (Abbadia S. Salvatore), Monte Amiata
Monte Amiata
Abbadia San Salvatore grenst aan Castel del Piano, Castiglione d'Orcia, Piancastagnaio, Radicofani, San Casciano dei Bagni, Santa Fiora, Seggiano.
Consorzio di Seggiano en de Olivastra Seggianese
De Monte Amiata is beroemd omwille van zijn uitzonderlijke olijfolie. Het produktiegeboed Consorzio di Seggiano strekt zich uit over de gemeenten Arcidosso, Castel del Piano, Seggiano, Cinigiano, Santa Fiora, Roccalbegna, Semproniano en delen van Castell'Azzara.
De extra vergine olijfolie, van de olijvensoorten Fraintoio, Olivastra Seggianese en Leccino, voldoet aan dehoogstekwaliteitseisen. De bio-olijven van de verschillende soorten worden met de hand geoogst en met moderne methodes onmiddellijk verwerkt. Bijzondere aandacht wordt geschonken aan de juiste menging van de verschillende olijfsoorten.
Duurzaam geteelde olijven zijn een echt natuurproduct. De juiste menging van de verschillende olijfsoorten is erg belangrijk. Zuurgraad en aroma van de olijven en dus de olie zijn ieder jaar verschillend. De extra olijfolie van eerste persing is uitsluitend afkomstig van olijfgaarden die voor minstens 85 % bestaan uit olijfbomen van de cultivar „Olivastra Seggianese” die voor de volgende fysisch-chemische en organoleptische kenmerken zorgt: totale maximale zuurtegraad uitgedrukt in oliezuur, in gewicht: maximaal 0,50 %, en een peroxidegetal met een maximale waarde 12.
Podere Santa Pia is elegen op de top van een heuvel en heeft een spectaculair uitzicht op de Valle d'Ombrone,
met aan de horizon de Middellandse Zee.
[1] In 1269, tijdens het lange conclaaf gehouden in Viterbo waar een opvolger van paus Clemens IV verkozen zou worden, werd de naam van Filippo Benizi genoemd onder de kanshebbers. Om aan de verkiezing te ontsnappen hield hij zich en tijdlang schuil in een grot aan de voet van de Monte Amiata.
Tot het jaar 1059 werd de paus gekozen door de geestelijke stand en het volk van Rome. In dat jaar vaardigde paus Nicolaas II de pauselijke bul In Nomine Domini uit, waarin hij bepaalde dat de kardinaal-bisschoppen de nieuwe paus zouden kiezen. De overige kardinalen moesten met dit besluit unaniem akkoord gaan. Gebeurde dat niet, dan werd een andere kandidaat gezocht. In de periode 1059-1271 werd nog niet gesproken van een conclaaf, maar over een pausverkiezing.
De toepassing van een pausverkiezing die min of meer voldeed aan het besloten karakter van een conclaaf vond voor het eerst plaats van 16 tot 18 juli 1216, na de dood van paus Innocentius III. De bevolking van Perugia, de stad waar het college van kardinalen zich had verzameld, besloot de kiesheren op te sluiten in het Palazzo delle Canoniche om zo een snelle verkiezing zonder inmenging van buitenaf te bewerkstelligen. Deze opzet slaagde, zij het dat ook de verkiezingsprocedure was aangepast: op voordracht van het gehele college werden twee kardinalen aangewezen, die een in hun ogen geschikte opvolger kozen. Deze verkiezingsvorm (Latijn: per compromissum) was in het decreet Compilationes door paus Innocentius III in 1215 vastgelegd en had tot doel de duur van de sedisvacatie tot een minimum te beperken, zoals bepaald tijdens het Vierde Lateraans Concilie.
De verkiezing van 1268 te Viterbo begon op 30 november (dus zonder Filippo Benizi) en luidde de langstdurende sedisvacatie in die uiteindelijk tot 10 februari 1272 zou duren. De aanhoudende strijd tussen de Italiaanse en Fransgezinde kardinalen bracht de bevolking van Viterbo ertoe om op 8 januari 1270 de verkiezingsruimte af te sluiten van de buitenwereld. In opdracht van de burgemeester werden later aanvullende maatregelen genomen: zo werd het dak deels verwijderd en werden de kardinalen op rantsoen gezet: water en brood. Pas na de benoeming van een comité van zes kardinalen, die een kandidaat moesten voordragen, kwam de verkiezing in een stroomversnelling. Uiteindelijk werd gekozen voor een niet-kardinaal, Tebaldo Visconti, die de naam Gregorius X aannam.
Filippo Lippi, The Presentation in the Temple, met een portret van Felippo Benizi